In de regenwouden van Indonesië vind je dieren en planten waar geen bos in Nederland aan kan tippen. Je vindt er enorme bomen, allerlei soorten kruipplanten met doornen, de grootste bloem ter wereld en wurgplanten die zo om een boom groeien dat deze uiteindelijk stikt. Daarnaast telt het eiland 196 soorten zoogdieren, 194 reptielensoorten, 62 amfibiesoorten, 272 vissoorten en maar liefst 456 verschillende soorten vogels.
Enorme boom
Een van de meest bijzondere bomen van het regenwoud is de ketapang boom. De ketapang ziet er een beetje uit als een paraplu, met een ranke stam die wel 35 meter hoog kan worden en een buitenproportioneel bladerdek. Zijn status als bijzonder verdient hij door de enorme verscheidenheid aan doeleinden waarvoor de bladeren gebruikt kunnen worden.
In de visserij, tegen leverziekten en als middeltje tegen diarree: de ketapang is van alle markten thuis. Je vindt deze boom op veel plaatsen rond de evenaar, maar voornamelijk in Indonesië.
Zwarte aapjes
De kuifmakaak heeft last van een identiteitscrisis. Het arme beestje wordt namelijk regelmatig 'zwarte baviaan' genoemd, omdat hij van kuif tot staart zwart is. Als makaak ben je daar natuurlijk helemaal niet blij mee.
Dit beestje komt alleen nog maar voor in het regenwoud van het eiland Celebes. Als klap op de vuurpijl heeft dat de kuifmakaak ook nog de bijnaam 'Celebes baviaan' opgeleverd. Gelukkig wordt hij wel erg gewaardeerd om zijn grappige uiterlijk. Hij heeft een piekklein staartje en een enorme kuif op z'n hoofd, die overeind gaat staan als hij boos is.
Stinkend plantje
Wit, parasiterend, stinkend en erg zeldzaam: de monotropa uniflora, oftewel de lijkplant. Dit unieke plantje groeit bovenop een nietsvermoedende gastheer. Niet zomaar een gastheer, maar een gastheer van een gastheer. De lijkplant groeit namelijk op schimmelsoorten die weer op bomen groeien.
In plaats zijn gastheer helemaal uit te buiten tapt de lijkplant genoeg voedingstoffen af om te kunnen overleven. Dit stinkende gevalletje heeft geen zonlicht nodig om te overleven, en doet het daarom prima op de bodem van het regenwoud.
Reusachtige bloem
Rafflesia Arnoldi is de onbetwiste winnaar in de categorie gigantische zwaargewichten voor bloemen. Dit reusachtige bloempje kan wel 1 meter in doorsnee worden en 11 kilo wegen. In Indonesië is hij zeer geliefd: samen met de Arabische jasmijn en de maanorchidee mag hij het land vertegenwoordigen als nationale bloem.
Helaas wordt de Rafflesia Arnoldi met uitsterven bedreigd. De plant heeft namelijk mannetjes en vrouwtjes varianten, die ver uit elkaar groeien, maar elkaar wel nodig hebben om zich voort te planten. Door kap van het regenwoud wordt dit nog eens extra bemoeilijkt. Hij komt alleen nog maar voor op Borneoen Sumatra.
Sumatraanse olifant
In de regenwouden van Sumatra vinden we het kleine neefje van de Aziatische olifant: de Sumatraanse olifant. In tegenstelling tot zijn familieleden is deze olifant maar een ukkie. Met een schamel gewicht van gemiddeld slechts 4000 kilo kan hij echter wel beter manoeuvreren in het regenwoud.
Hij is ook een beetje een bleekscheet in vergelijking met andere Aziatische olifantensoorten is de Ceylon olifant, de donkerste soort. Deze olifant en de Sumatraanse olifant verschillen ongeveer net zo veel qua huidskleur als een Spanjaard en een Engelsman. Het meest opvallende verschil is echter niet zichtbaar; dit olifantje heeft 20 ribben in plaats van 19 zoals de rest van de familie.