Kuta (2)
In Kuta kun je nog een eerlijke kop koffie krijgen. Er moet een speciale koffie huis zijn en dat vinden we dan ook vrij snel (de koffiepot). Hier heb je allerlei soorten koffie / koffiespecialiteiten. Dit hadden we weer van mensen uit het hotel gehoord. We hadden een aardig stekje en we zaten er wel even leuk. Kuta is normaliter een drukke stad, maar toch duidelijk aangedaan door de bomaanslag van 12 oktober 2002 (later in 2004 een aanslag op Jimbaran in een visrestaurant). We zullen ook de plek gaan zoeken waar de aanslag is gepleegd.
Ons kopje koffie doet ons goed en we besluiten verder te gaan. Even afrekenen en even vragen waar de plek des onheil ongeveer is. Het blijkt niet ver weg te zijn en we gaan er dus lopend heen. We wandelen door een winkelstraat met vele uiteenlopende spullen die te koop aangeboden worden. Voor een grote viszaak blijven we even staan. Er ligt allemaal vis die net vers is aangekomen, een mooi gezicht al die kleuren. Wil je echt de verse vis aan land zien komen dan is dat mogelijk. Er varen 's morgens vroeg diverse kleine bootjes binnen met verse vis die net gevangen is.
We maken nog wat foto's en vervolgen onze reis. We komen aan bij de plek waar velen zijn gesneuveld door een terroristische aanslag. De plek is helemaal afgebakend en er hangen allemaal spandoeken en er liggen bloemen. Je kunt je handtekening zetten met een tekst als je dat wilt en daar wordt aardig gebruik van gemaakt. Als je op deze plaats staat doet het toch wel wat met je. Het is heel apart daar te zijn. Het is jammer voor Bali, want toeristen blijven weg. Ze zoeken hun heil elders en dat is natuurlijk begrijpelijk. Er is nu veel bewaking, maar zou dat werkelijk helpen?
Gevaarlijke gekken zitten overal en door de manier waarop deze mensen praten zou je zeggen dat ze gehersenspoeld zijn. Ze waren er nog niet over eens of hier nu weer gebouwd moet worden of dat er een monument moet komen. Het is uiteindelijk een heel mooi monument geworden van marmer met de namen van de gesneuvelden erin gegraveerd. Een mooie plek die vele herinneringen oproept. Wel pakt men de draad weer op om het enigszins aantrekkelijk te maken voor de toerist, want daar moet Bali het toch van hebben. Maar het heeft in ieder geval wel diepe sporen achter gelaten. Inmiddels is de hele situatie aldaar verbeterd en voor iedereen weer toegankelijk.
We zetten onze reis voort en gaan een heel groot winkelcomplex bezoeken: Mata Hari. Het is een groot gebouw wat je wel kunt vergelijken met een groot warenhuis hier. Maar personeel is er genoeg, alles is dubbel bemand zo niet driedubbel. Het personeel kost ook niet veel. Een kamermeisje verdient zo'n 25 euro per maand, ze moet het dus hebben van haar fooien (Dit hoorden we in het hotel waar we verbleven, en dan zijn de lonen in de winkels nog lager).
Als we de grote winkel gehad hebben gaan we voor een drankje. We kiezen een terras midden in het centrum met het uitzicht op alle drukke punten. Het is hier echt een komen en gaan van mensen. Je vraagt je af dat het altijd goed gaat. Vervoermiddel nummer een is hier op Bali de brommer of scooter. Het rijbewijs voor een auto is hier niet moeilijk, dat koop je op de hoek van de straat. Door rood licht rijden is hier heel normaal en van een maximum snelheid heeft men nog nooit gehoord (maar het komt ook altijd weer goed).
Ook is het rijden met een pony en wagen mogelijk. Hier hebben we niet aan mee gedaan daar de pony's wel heel erg mager zijn. Voor ons dus een taxi. Ook als je hier iets wilt kopen moet je oppassen, namaak is hier erg in. De dvd's, horloges en kleding zijn een origineel en ze maken het voor je na. Het heeft wel iets. Als je een iets gekopieerd wilt meenemen naar Nederland kijk dan uit wat je doet. Het is gebonden aan bepaalde regels. Van een horloge mag je bijvoorbeeld maximaal twee stuks meenemen. Hier her en der wordt van alles verhandeld, ook dingen die niet door iedereen gezien mogen worden. Al met al een indrukwekkende dag.
In het Kuta Waterbom Park met waterglijbanen en een restaurant is het ideaal vertoeven als je met kinderen bent. Maar ook Pasar Senggol, de avondmarkt, is leuk. Deze binnenplaats met eetstalletjes is zeer in trek bij de budgetreiziger (je eet er saté, mie, soep en vis naar keuze). De liefhebber van karten gaat naar Le Speed Karts.
We lopen terug naar de Mata Hari en gaan uit op een taxi voor de terugrit naar Sanur. Nabij de markt staan genoeg taxi's, maar zo ver hoeven we eigenlijk niet eens te lopen omdat we vlakbij de Mata Hari al door een taxichauffeur worden opgemerkt. We maken een afspraak over de prijs en gaan terug naar Sanur waar we ons hotel hebben. Sanur is een fijne badplaats waar het lekker rustig is, een prima uitvalbasis is om verdere trips te ondernemen.
We hebben besloten om vandaag maar eens te gaan eten bij Picadilly. Dit restaurant staat midden in het centrum en wordt gerund door een Duitser en een Balinese vrouw. Het eten is er erg goed en de prijs valt je reuze mee. Helaas heeft het restaurant zijn deuren moeten sluiten, maar ze hebben nog een nevenvestiging in Nusa Dua. Zo gaat dat ook in Bali, o van de ene op de andere dag gesloten. En dat komt niet doordat het er rustig is, maar juist druk en goed. En dan nog een laatste tip: voor een rijsttafel ga je naar Casema aan het strand van Sanur.
Over Sjoerd en Betty
Sjoerd (55) en Betty (53) Flameling zijn gek van reizen. Toen ze hun tocht in Australië afsloten met een tripje naar Bali, verloren ze hun hart aan Indonesië. Sinds die keer komen ze regelmatig terug naar dit prachtige land.
Waarom? Vanwege de vriendelijke en behulpzame bevolking, de paradijselijke sfeer en het groene en rustige landschap. Het verkeer is chaotisch en mensen proberen je van alles te verkopen, maar ook dat hoort bij de cultuur. Volgens de Flamelingen is het door dit alles net of Indonesië je pakt.
Ze willen maar al te graag hun verhalen en ervaringen op Indonesie.nl delen. ‘Wat we allemaal hebben meegemaakt is onvoorstelbaar.’